donderdag 11 februari 2010
maandag 8 februari 2010
zaterdag 6 februari 2010
kwallen zijn de gardes van de zee
Zeedieren blijken bijbaantjes te hebben.Door te bewegen roeren kwallen,krill,plankton,vissen,inktvissen,walvissen en veel andere dieren het water in de oceaan goed door.Dit hebben biofysici van het California Institute of Technology aangetoond.Door onschadelijke groene inkt in het water te druppelen voor een paar kwalletjes hebben de onderzoekers nu het effect gemeten dat de dieren op het omringende water hebben.Al draagt elk dier maar een heel klein beetje bij in verhouding tot de watermassa's,de beweging van alle dieren samen heeft evenveel effect als planetaire en geofysische krachten die getijden,zeestromen en windgordels veroorzaken.De onderzoekers hebben dus een nieuwe factor gevonden voor de manier waarop warmte,gas en voedsel in de oceanen verspreid worden.Dit helpt bij het begrip van klimaatveranderingen,want er zit enorm veel broeikasgas in zee.
vrijdag 5 februari 2010
zo tellen we de dieren
We hebben een uitgebreide feitenkennis van het leven van vele dieren,maar we kunnen bijna nooit zeggen hoeveel exemplaren ervan zijn,al lijkt dat nog zo simpel.Wetenschappers tonen nauwelijks interesse in de exacte wereldpopulatie van een soort.Vaak bestuderen ze in een bepaald gebied subpopulaties om te zien of er van jaar tot jaar veranderingen optreden.En de methodes die ze hanteren varieren dan ook van soort tot soort.
Krill: het meest voorkomende organisme ter wereld: Krill is een kreeftachtige van circa 1 cm,en een belangrijke voedselbron voor robben,walvissen en pinguins.Om het aantal te tellen,halen wzeebiologen een fijnmazig net door het water.Aan de hand van de vangst berekenen ze hoeveel krill er in een kubieke meter zit.Het resultaat is:30.000 krill per m x25 miljard m zeewater,rekening houdend met diepte en temperatuur=750 biljoen stuks.
Papegaaiduikers: gewoon broedplaatsen tellen.Sommige soorten kunnen het best geteld worden op de broedplaats-als die bekend is.Papegaaiduikers broeden in koilonies op de rotsen.Varend langs de richels op de rotsen tellen de biologen alle nesten,waarna ze de aantallen inschatten.Papegaaiduikers komen voor in de noordelijke streken zoals de Faroereilanden,Groenland,Ierland,Ijsland,Noord-Amerika en Rusland.15 miljoen in totaal.
Blauwe walvis: verstopt zich in zee.Elk jaar fotografeert men op dezelfde locaties walvissen die aan een litteken of kleur te herkennen zijn.Er komem nieuwe bij,andere sterven.Met de verzamelde gegevens kan een grove schatting gemaakt worden van de totale populatie,inclusief de walvissen onder water.Onderzoekers gaan ervan uit dat er 11 populaties blauwe walvissen zijn in vier regio's;in het Noorden van de Atlantische oceaan 600-1500,in de Stille oceaan 2000-3000,in het Noorden van de Indische oceaan circa 400 en rond de Zuidpool een paar duizend.In totaal dus een stuk of 6000 dieren.
olifant:kuddedieren geteld door vliegtuigen en via DNA: Olifanten worden vanuit de lucht geteld.Maar zelfs olifanten worden nog weleens over het hoofd gezien.Daarom wordt de telling aangevuld met monsters van ontlasting en daaruit geisoleerd DNA voor een register-net als het fotoregister van walvissen.Het register zal nooit compleet zijn,maar benadert het juiste aantal.De populatie Afrikaanse olifanten wordt geschat op 400.000 dieren.
Kraanvogel:Allemaal op een plek:Soorten met een klein leefgebied laten zich vrij makkelijk tellen,zoals de Siberische kraanvogel.Die overwintert voor zover bekend aleen bij drie meren in China.Maar zelfs in de makkelijke gevallen gaat het om een grove schatting aan de hand van de tellingen die vaak bij slecht zicht en in lastige omstandigheden zijn uitgevoerd.Diverse kraanvogels zijn nu uitgerust met sattelietzenders waarmee ze gevolgd worden;daar wordt de schatting al een stuk nauwkeuriger van.Ornithologen houden het op zo,n 3200 vogels.
Springstaart:op de vlucht voor hitte. Springstaarten zijn primitieve insecten van enkele millimeters die een grote rol spelen bij de compostering.Vaak zijn er honderduiwenden per vierkante meter,en ze horen bij de talrijkste diersoort in millimeterformaat.Ecologen tellen springstaarten op bijna dezelfde wijze als zeebiologen krill tellen.ze gooien een bodemmonster in een trechter en warmen het vervolgens op.De diertjes vluchten voor de warmte en komen in een bakje terecht,waarna de onderzoekers ze tellen.Gemiddeld zijn er in het bos ongeveer 50.000 per viekante meter.
Blau
Krill: het meest voorkomende organisme ter wereld: Krill is een kreeftachtige van circa 1 cm,en een belangrijke voedselbron voor robben,walvissen en pinguins.Om het aantal te tellen,halen wzeebiologen een fijnmazig net door het water.Aan de hand van de vangst berekenen ze hoeveel krill er in een kubieke meter zit.Het resultaat is:30.000 krill per m x25 miljard m zeewater,rekening houdend met diepte en temperatuur=750 biljoen stuks.
Papegaaiduikers: gewoon broedplaatsen tellen.Sommige soorten kunnen het best geteld worden op de broedplaats-als die bekend is.Papegaaiduikers broeden in koilonies op de rotsen.Varend langs de richels op de rotsen tellen de biologen alle nesten,waarna ze de aantallen inschatten.Papegaaiduikers komen voor in de noordelijke streken zoals de Faroereilanden,Groenland,Ierland,Ijsland,Noord-Amerika en Rusland.15 miljoen in totaal.
Blauwe walvis: verstopt zich in zee.Elk jaar fotografeert men op dezelfde locaties walvissen die aan een litteken of kleur te herkennen zijn.Er komem nieuwe bij,andere sterven.Met de verzamelde gegevens kan een grove schatting gemaakt worden van de totale populatie,inclusief de walvissen onder water.Onderzoekers gaan ervan uit dat er 11 populaties blauwe walvissen zijn in vier regio's;in het Noorden van de Atlantische oceaan 600-1500,in de Stille oceaan 2000-3000,in het Noorden van de Indische oceaan circa 400 en rond de Zuidpool een paar duizend.In totaal dus een stuk of 6000 dieren.
olifant:kuddedieren geteld door vliegtuigen en via DNA: Olifanten worden vanuit de lucht geteld.Maar zelfs olifanten worden nog weleens over het hoofd gezien.Daarom wordt de telling aangevuld met monsters van ontlasting en daaruit geisoleerd DNA voor een register-net als het fotoregister van walvissen.Het register zal nooit compleet zijn,maar benadert het juiste aantal.De populatie Afrikaanse olifanten wordt geschat op 400.000 dieren.
Kraanvogel:Allemaal op een plek:Soorten met een klein leefgebied laten zich vrij makkelijk tellen,zoals de Siberische kraanvogel.Die overwintert voor zover bekend aleen bij drie meren in China.Maar zelfs in de makkelijke gevallen gaat het om een grove schatting aan de hand van de tellingen die vaak bij slecht zicht en in lastige omstandigheden zijn uitgevoerd.Diverse kraanvogels zijn nu uitgerust met sattelietzenders waarmee ze gevolgd worden;daar wordt de schatting al een stuk nauwkeuriger van.Ornithologen houden het op zo,n 3200 vogels.
Springstaart:op de vlucht voor hitte. Springstaarten zijn primitieve insecten van enkele millimeters die een grote rol spelen bij de compostering.Vaak zijn er honderduiwenden per vierkante meter,en ze horen bij de talrijkste diersoort in millimeterformaat.Ecologen tellen springstaarten op bijna dezelfde wijze als zeebiologen krill tellen.ze gooien een bodemmonster in een trechter en warmen het vervolgens op.De diertjes vluchten voor de warmte en komen in een bakje terecht,waarna de onderzoekers ze tellen.Gemiddeld zijn er in het bos ongeveer 50.000 per viekante meter.
Blau
donderdag 4 februari 2010
dinsdag 2 februari 2010
Abonneren op:
Posts (Atom)